Update Voorjaarsoverleg Transgenderzorg

2x per jaar wordt er een overkoepelend overleg gehouden rond de genderzorg. Op 7 juni vond het voorjaarsoverleg plaats. Daarbij is een vertegenwoordiging aanwezig van VWS, zorgverzekeraars en zorgaanbieders. Ook worden maatschappelijke instanties uitgenodigd. Transvisie werd vertegenwoordigd door Maureen en Carien. Namens TNN waren Elise en Freya aanwezig. De kwartiermaker is voorzitter van dit overleg.

Ernst Kuiper, minster van volksgezondheid opende het. En in zijn welkomstwoord (zonder spiekbriefje) werd duidelijk dat hij goed op de hoogte is van de te lange wachtlijsten en andere problemen in de gender zorg.

Uit de grote hoeveelheid informatie en discussies hieronder 3 onderwerpen waarover op initiatief van Transvisie uitvoerig gediscussieerd werd.

Puberteitsremmers.

Transvisie vraagt aandacht voor de kinderen die in de pubertijd komen terwijl zij op de wachtlijst voor een genderpoli. De extra lijdensdruk is onacceptabel.   Zij kunnen niet starten met puberteitsremmers terwijl hun lichaam verandert op een manier die niet bij hun genderidentiteit past. Wij vinden dat deze specifieke groep moet kunnen starten met puberteitsremmers nog voor een diagnose door een genderpoli is gesteld. Dat kan nadelen hebben. Maar de voordelen zijn veel groter: je voorkomt dat kinderen extra problemen krijgen doordat hun lichaam doorontwikkelt in het geslacht dat niet past bij hun identiteit. Vele aanwezigen herkenden dit als een groot probleem. Diverse psychologen en artsen gaven als reactie op ons verhaal aan dat zij willen onderzoeken of het mogelijk is om zonder diagnose door een genderpoli toch toegang te krijgen tot puberteitsremmers. Het is voor het eerst dat we zo’n toezegging krijgen. We volgen de acties natuurlijk nauwgezet!

Psychologische behandeling en indicatiestelling

Transvisie kreeg ruim het woord om te vertellen wat onze visie is op de psychologische behandeling. Wij willen een afzonderlijk traject waar een trans persoon door een psycholoog of coach wordt begeleid in de zoektocht naar de identiteit, waar ruimte is voor twijfels, voor sociale en emotionele vragen, bij praktische problemen rond werk en bij omgaan met veranderingen in relaties met derden etc. Hier moet worden uitgegaan van de behoefte van de trans persoon en dit traject mag niet verplicht worden.  We willen dat zo’n begeleidingstraject losgekoppeld wordt van indicatiestelling. De indicatiestelling moet een zo kort mogelijk traject zijn waar uitsluitend gekeken wordt of er een diagnose genderincongruentie is en of iemand in aanmerking komt voor medische behandeling. Uitgaande van autonomie van de hulpvrager.

Overnemen van indicatiestelling

Transvisie is van mening: een indicatiestelling bij 1 gendercentrum zou moeten worden overgenomen door ander gendercentra. Het werd duidelijk uit de reacties van diverse zorgaanbieders: zover zijn we lang nog niet. Transvisie riep op om samenwerkingsafspraken uit te breiden. En we vroegen aan alle zorgaanbieders: Willen jullie op je site duidelijk melden met welke organisatie je samenwerkingsverbanden hebt. Met andere woorden: als je bij jullie centrum een indicatie hebt gekregen, waar kan je dan terecht voor hormonen of operaties.

Het zal niemand verbazen: er werd voortdurend gesproken over wachttijden als grootste probleem in de trans zorg en wat er moet gebeuren om de wachttijden omlaag te krijgen. Er is veel uitbreiding van capaciteit en er zijn meer zorgaanbieders, maar de zorgvraag stijgt harder. Alle partijen zien het als urgent om de wachtlijst te bekorten. Het rapport van de Kwartiermaker, waaronder ook een overzicht van wachttijden en zorgaanbieders kun je vinden op de Transvisie site.